Oudste kaas ter wereld ontdekt in Egypte

Archeologen hebben in een Egyptische graftombe de oudste kaas ter wereld ontdekt. Het stuk zuivel stamt uit de dertiende eeuw voor Christus; oftewel extreem overjarige kaas. Hiermee kreeg het fenomeen ‘oude kaas’ een nieuwe dimensie.

oudste kaas

Witte klomp oudste kaas

Wetenschappers vonden de oudste kaas ter wereld  in een Egyptische tombe die in de dertiende eeuw voor Christus was gebouwd voor Ptahmes. Hij was de toenmalige burgemeester van Mephis. Het praalgraf van Ptahmes werd al eerder een keer opgegraven – in 1885 – maar verdween weer uit beeld door zandstormen. De herontdekking in 2010 leverde onder meer een keiharde, witte klomp op in een gebroken pot. Italiaanse en Egyptische chemici analyseerden de eiwitten in de vondst grondig en constateerden dat het gaat om de oudste vorm van harde kaas die ooit is gevonden.

Fatale kaasliefde?

Volgens het team archeologen is de kaas gemaakt van de melk van koeien, schapen en geiten. In de homp zuivel troffen de onderzoekers sporen van de Brucella melitensis. Dit organisme kan brucellose (maltakoorts) veroorzaken, die van dieren op mensen overspringt via rauwmelkse zuivelproducten. De ziekte kan dodelijk zijn. Omdat de mummie van Ptahmes is verdwenen uit de tombe is onduidelijk of zijn liefde voor kaas hem fataal werd.

Stuk textiel

In de pot lag ook een stuk textiel, gemaakt van hennepvezels. Deze lap was waarschijnlijk over de opening van het aardewerk gedrapeerd om de inhoud af te dekken en te conserveren. Kaas was een van de vroegste vormen van bewerkt voedsel die onze voorouders maakten toen zij van jagers-verzamelaars veranderden in landbouwers. Wetenschappers toonden dit al eerder aan toen zij 7.500 jaar oude potscherven vonden in Polen. Zo kwamen ze erachter dat kaas een lange, rijke geschiedenis kent.

Melk splitsen

Koeien melken in plaats van slachten was een manier waarop de vroegste boeren de eiwit- en vetbronnen in hun voedselvoorziening veiligstelden. Omdat melk niet goed houdbaar was, zochten ze manieren om melk te conserveren. De Poolse potscherven waren geperforeerd en zouden dus gebruikt kunnen zijn als uitlekzeven. In het keramisch materiaal waren nog vetzuren aanwezig, die er op wezen dat de zeven inderdaad waren gebruikt om melk te splitsen in vetrijke wrongel en lactose-houdende wei. Eerder al wezen grotschilderingen erop dat mensen in het Stenen Tijdperk kaas maakten.


Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *