Pavlova: het ultieme recept voor dit feestelijk dessert

Pavlova: schuimtaart met slagroom en vers fruit

Pavlova is gebaseerd op de Franse meringue en wordt traditioneel geserveerd als taart met een topping van slagroom en vers fruit. Anders dan de naam doet vermoeden, is pavlova een gerecht uit de Australische keuken. Het dessert is vernoemd naar de beroemde Russische ballerina Anna Pavlova, die in 1926 door Australië en Nieuw-Zeeland toerde.

Golvend dessert geïnspireerd op een ballettutu

Over de oorsprong van pavlova bestaat wat onenigheid. Volgens de Nieuw-Zeelanders bedacht een chef-kok van een hotel in Wellington het dessert in 1926 ter ere van Anna Pavlova. Voor de golvende, witte textuur van de taart zou hij zich hebben laten inspireren door haar tutu. De Australiërs beweren echter dat een chef uit Perth het dessert in 1935 creëerde en dat de huismanager het gerecht zo noemde omdat het ‘zo licht als Pavlova’ was.

Allerlei varianten op het klassieke recept

Wie er gelijk heeft, daar komen we misschien wel nooit achter. Maar waar de twee landen het over eens zijn, is dat pavlova verslavend lekker is, net als bijvoorbeeld een andere klassieker: clafoutis met kersen. Het dessert lijkt ingewikkeld om te maken, maar dit valt reuze mee. Er zijn verschillende varianten op het klassieke recept. Zo kun je één grote feestelijke pavolataart maken of allemaal kleine ‘eenpersoons-pavlova’s’. Of varieer met de topping en vervang de slagroom eens voor Griekse yoghurt of Zwitserse room.

Dit is het verschil tussen pavlova en meringue

We noemden het al eerder, pavlova lijkt op meringue. Toch is er een belangrijk verschil, namelijk dat pavlova na het bakken nog zacht is van binnen, terwijl meringue van binnen én van buiten bros wordt gebakken. Dit verschil heeft te maken met twee ingrediënten: azijn en maïzena. Deze toevoeging zorgt ervoor dat de binnenkant van de pavlova lekker smeuïg blijft. De korst is knapperig, maar… van binnen is hij heerlijk zacht en luchtig.

Ingrediënten:

• 6 eiwitten
• 300 gram suiker
• 1 eetlepel maïzena
• 1 eetlepel azijn

Voor de garnering:

• 250 gram vers fruit naar keuze (bijvoorbeeld blauwe bessen en frambozen)
• 2 eetlepels abrikozenjam
• sap van een hele citroen
• 500 milliliter slagroom
• 50 gram suiker

Verder nodig: oven met bakplaat, bakpapier en een mixer voor het stijfkloppen van de eiwitten. Dit kan ook met een garde, maar een mixer of keukenmachine werkt het snelst.

Bereiding

1. Verwarm de oven voor op 120 graden.
2. Klop in een vetvrije kom de eiwitten stijf en voeg, al mixend, geleidelijk de suiker toe. Blijf net zo lang kloppen tot het eiwitschuim stevige pieken vormt.
3. Meng de maïzena met de azijn. Spatel dit mengsel luchtig door het eiwitschuim.
4. Teken een cirkel van 20 centimeter doorsnede op een vel bakpapier. Leg het bakpapier op een bakplaat en verdeel het eiwitschuim binnen de lijntjes.
5. Bak de pavlova in ongeveer 2 à 2,5 uur op 120 graden (boven- en onderwarmte).
6. Schakel de oven uit, zet de ovendeur op een kier en laat de pavlova volledig afkoelen. Leg de pavlova daarna direct op een schaal om te voorkomen dat deze breekt.
7. Maak het fruit schoon. Snijd de grote exemplaren in kleine stukken.
8. Verwarm de abrikozenjam en roer de citroensap erdoor. Meng de jam met het fruit.
9. Klop de slagroom met de suiker lobbig. Je kunt ook een andere topping kiezen zoals Griekse yoghurt met een vanillestokje en geraspte limoenschil.
10. Verdeel de slagroom (of de yoghurt) over de pavlova en garneer de taart met het fruit-jammengsel. Serveer de pavlova direct!