Kaas, yoghurt, kwark en melk hebben een prominente plek in de nieuwe schijf van vijf van het Voedingscentrum. Waarom? Ze zijn een bron van belangrijke voedingsstoffen en met een dagelijkse portie zuivel verklein je het risico op darmkanker.
Melk in de nieuwe schijf van vijf

Nederland zuivelland
Nederland is een echt zuivelland. We hebben grote lappen grond waar alleen maar gras wil groeien. Vandaar dat wij als ondernemende Hollanders daar koeien laten grazen. Die maken van dat gras namelijk een soort powerfood: melk. Dat zit propvol voedingsstoffen, zoals eiwitten, calcium en vitamine B12 (dat verder alleen in vlees zit).
Melk in de nieuwe schijf van vijf
Logisch dus dat zo’n oer-Hollands product als melk in de nieuwe schijf van vijf staat, zou je denken. Maar zo vanzelfsprekend is dat niet. Het Voedingscentrum kijkt bij het samenstellen van de schijf van vijf naar de Richtlijnen Goede Voeding van de Gezondheidsraad. Die keek niet zo zeer naar alle ‘goede stofjes’ in de melk, maar legde alle wetenschappelijke onderzoeken over zuivel naast elkaar en keek vooral naar de gezondheidseffecten.
Melkvervangers minder goed
Dus ondanks dat sojadrink of andere melkvervangers op melk lijken, ze hebben niet hetzelfde gezondheidseffect. Bovendien zitten in veel van die melkvervangers te veel suiker (meer dan 6 gram per 100ml).
Advies: 2 tot 3 porties per dag
Dus: naast genoeg groente, fruit, volkoren producten, noten, bonen en een beetje vlees of vis is het advies om elke dag 2 tot 3 porties melk of andere zuivel te gebruiken.
Hoeveel is een portie?
Hoeveel is een portie melk of zuivel? Volgens het Voedingscentrum is dat 150 ml of 150 gram (een klein glas of een klein schaaltje). Een portie kaas is 40 gram. Een voorgesneden plakje kaas is trouwens vaak al 30 gram.
Zuivel zonder suiker
Alle zuivel binnen de schijf van vijf is zuivel zonder toegevoegde suiker. Dus die lekkere toetjes, slagroom, vla en yoghurt of kwark met vruchten (en suiker) kun je beter wat minder vaak eten, is het advies.
Volle zuivel?
Op één punt wijkt het advies van het Voedingscentrum op het gebied van zuivel af van de Richtlijnen Goede Voeding van de Gezondheidsraad. En dat is in de keuze voor halfvolle of magere zuivel. Volgens wetenschappelijk onderzoek is er geen duidelijk verschil in de gezondheidseffecten van volle zuivel ten opzichte van halfvolle of magere zuivel.
Oude inzichten
Het voedingscentrum raadt die volle zuivel af omdat er ’te veel’ verzadigd vet in zit. Volgens de oude inzichten van de Gezondheidsraad verhoogt teveel verzadigd vet in je voeding het risico op hart- en vaatziekten. Nu denken wetenschappers daar iets anders over. In de nieuwe richtlijnen wordt juist gewezen dat op het feit dat een verband tussen volle zuivel en hart- en vaatziekten onwaarschijnlijk is. Over dat punt zal dus nog wel een tijdje worden gediscussieerd tussen de kenners.
Comments
Heldere uitleg over de plek van melk in de Schijf van Vijf. Het klopt dat de Gezondheidsraad in de Richtlijnen goede voeding geen onderscheid maakt tussen volle zuivel en magere varianten. Maar naast de Richtlijnen goede voeding geeft de Gezondheidsraad ook adviezen over de voedingsnormen. Op https://www.gezondheidsraad.nl/nl/nieuws/tijdelijke-voedingsnormen geeft de Gezondheidsraad aan welke voedingsnormen zij tijdelijk adviseren, zolang zij bezig zijn met een evaluatie van deze voedingsnormen. De norm voor verzadigd vet valt hier ook onder.
Voordat wij begonnen met de berekeningen aan de adviezen voor de nieuwe Schijf van Vijf hebben wij aan de Gezondheidsraad gemeld dat we ervanuit gaan dat de norm voor verzadigd vet nog geldt en dat we die zouden gaan gebruiken. Zij hebben niet gezegd dat de norm voor verzadigd vet vervallen is. Daarna hebben wij aan verschillende voedingswetenschappers de vraag voorgelegd of wij moesten rekenen met de norm voor verzadigd vet en op basis daarvan criteria stellen. Zij hebben ons geadviseerd dit wél te doen.
Deze wetenschappers weten hoe moeilijk het is om goede trials te doen, weten wat de beperkingen van observationele studies zijn en weten ook hoe groot de invloed van statistiek kan zijn. We hebben de ‘beste stuurlui op zee’ om advies gevraagd.
We zijn overigens niet de enige die de norm voor verzadigd vet nu hanteren, de EFSA en de Nordic en recente Engelse en Amerikaanse richtlijnen hanteren deze ook nog steeds.
Mocht de EFSA of de Gezondheidsraad met een andere norm komen of melden dat de norm voor verzadigd vet is vervallen nemen we dat over, want wij baseren ons advies op hun richtlijnen.
En als laatste: je mag van ons volle melkproducten, wij geven adviezen. Nu is het hopelijk in ieder geval duidelijk waarom we dit advies hanteren.
Vriendelijke groet,
Bram, webredactie Voedingscentrum