Bij de fokkerij van melkkoeien is steeds meer aandacht voor dierenwelzijn, merkt hoogleraar dierenwelzijn Bas Rodenburg op. “Er is een groeiende behoefte om te kijken of we het systeem kunnen verbeteren.”
Meer oog voor dierenwelzijn bij fok melkvee
Melkveehouder meer betrokken bij fok
Een fitte koe, daar is iedereen bij gebaat; het dier, het milieu en de boer. Daarom wordt al langer gezocht naar de meest duurzame koe, naar het beste ras. Deze fok gebeurt veelal op de boerderij zelf, legt hoogleraar dierenwelzijn Bas Rodenburg van Universiteit Utrecht en Wageningen University & Research (WUR) uit: “Bij de varkens- of kippenhouderij houdt de boer zich niet zozeer bezig met genetica; die koopt gewoon het gefokte dier. Bij melkvee vindt de helft van de fok plaats op het boerenbedrijf, werkt de boer zelf met de koeien.”
Meer interesse voor welzijn melkkoeien
Rodenburg signaleert een verschuiving: “Vanuit maatschappij is steeds meer interesse in dierenwelzijn en in reactie daarop dus ook vanuit veehouderij. Binnen de melkveehouderij wordt steeds meer nagedacht over duurzaamheid en de levensduur van de koeien. Er is een groeiende interesse in het comfort van de koe, haar gedrag, haar welzijn. En steeds meer behoefte om te kijken of we het systeem kunnen verbeteren om tegemoet te komen aan die behoefte vanuit de maatschappij. Zo zie ik bijvoorbeeld dat steeds meer bedrijven voor het Beter Leven-keurmerk gaan.”
Verschuiving van productieverhoging naar meer dierenwelzijn
Eerder schreef Nieuwe Oogst al dat Rodenburg bij de bijeenkomst Positief welzijn in de praktijk, georganiseerd door Agrivaknet, Dierenbescherming en WUR, signaleerde dat in de genetica en fokkerij van dieren de aandacht meer en meer zal verschuiven van het verhogen van productie naar meer dierenwelzijn.
De integrale aanpak: mens, dier en milieu
Rodenburg ziet veel in een integrale aanpak, “waarbij de melkveehouder kijkt naar zowel dierenwelzijn en milieu als economische belangen. Dus: als je als veehouder aanpassingen gaat maken voor de langere termijn, neem dan ook de duurzame afwegingen mee voor een integrale aanpak.”
“Bij de melkveehouderij komt het integrale werken er steeds meer in: aandacht voor dierenwelzijn en biodiversiteit. Ook levensduur van de koeien krijgt steeds meer aandacht.”
Belangen botsen immers niet altijd
Het is overigens niet zo dat economische belangen altijd strijdig zijn met milieu- en dierenwelzijnsbelangen. “Het is een kwestie van zoeken naar de balans. Veehouders vinden ook dat het comfortabel voor de dieren moet zijn. Dat komt je melkopbrengst ook ten goede. En dan is het helemaal een win-winsituatie.”
Wetgeving dierenwelzijn
Ook aanpassingen in de wetgeving spelen mee. “In Nederland wordt nagedacht of dieren in de veehouderij niet meer aan het systeem worden aangepast, maar het systeem aan de dieren.”